VAKnieuws

Ga terug naar het VAKnieuws overzicht

Verdeling woonlasten bij afwikkeling huwelijkse voorwaarden

Nr: 22098 Hoge Raad der Nederlanden, 11-11-2022 ECLI:NL:HR:2022:1614 Jurisprudentie Geschilbeslechting Huwelijksvermogensrecht 1:142 BW

Rechtsvraag

Is het oordeel van het hof voldoende duidelijk voor wat betreft de verdeling van de woonlasten, of is er een lezing van de uitspraak mogelijk die impliciet er toe leidt dat de vrouw dient bij te dragen aan de woonlasten van de man naast haar eigen woonlasten?

Overweging

Op de gronden zoals uiteengezet in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 4.9-4.18 moet het oordeel van het hof zo worden gelezen dat de afrekening van de woonlasten tot 1 januari 2020, althans tot de peildatum voor de finale verrekening, beheerst wordt door de werking van het finale verrekenbeding op grond waarvan wordt afgerekend alsof partijen in gemeenschap van goederen gehuwd waren. Zowel de aan het oordeel van het hof gegeven lezing zoals verwoord in de door de vrouw aan onderdeel 2 verbonden voorwaarde, als de aan dat oordeel gegeven lezing die aan de klachten van het onderdeel ten grondslag is gelegd, mist dus feitelijke grondslag. Daarop stuiten de klachten van onderdeel 2 af.

Lees verder