VAKnieuws

Ga terug naar het VAKnieuws overzicht

Vervangende toestemming erkenning staat los van gezag en omgang

Nr: 16078 Hoge Raad der Nederlanden, 17-06-2016 ECLI:NL:HR:2016:1234 Jurisprudentie Geschilbeslechting Gezag en omgang 81 RO, 1:204 lid 3 BW

Rechtsvraag

Had het hof bij de beoordeling van het verzoek om vervangende toestemming erkenning vooruit moeten lopen op een toekomstige beslissing over gezag en omgang?

Overweging

HR: verwerping beroep op grond van art. 81 lid 1 RO.

A-G: Nee. Het belang bij de verzochte toestemming tot erkenning – onafhankelijk van een nog te nemen beslissing over het gezag of over een omgangsregeling – is hierin gelegen dat de relatie tussen de man en de zoon wordt erkend als een familierechtelijke betrekking (afstamming). Dat het hof het belang van de vader en de zoon zwaarder heeft laten wegen dan de bezwaren van de moeder, berust op een waardering van de feiten die aan het hof als feitenrechter is voorbehouden. Uit de overwegingen van het hof dat de erkenning (mede) nodig is om het voor de zoon mogelijk te maken te achterhalen wie zijn vader is, volgt dat het hof acht heeft geslagen op het belang van de zoon. 

Cursussen binnenkort:

Lees verder